GroenLinks is zoals bekend in principe een voorstander van de transitie jeugdzorg omdat de zorg voor kinderen dan dichterbij huis georganiseerd kan worden en geïntegreerd in een breder jeugdbeleid van de gemeente. GroenLinks ziet daarin kansen voor vernieuwing, versimpeling en ook voor betere signalering en preventie. Maar de bezuinigingen en vooral de stapelingseffecten die terecht komen bij jonge gezinnen, baren ons zorgen. GroenLinks verwacht dat de werkelijke financiële effecten van de transitie pas na een aantal jaren echt zichtbaar zullen zijn. Vandaag staat er een artikel in NRC van wethouders in Zuid-Holland die deze zorgen delen. De bezuinigingen lijken in werkelijkheid (nu alle cijfers bekend zijn) namelijk veel hoger uit te vallen dan de percentages die het kabinet noemde. Zij willen nu eerst helderheid alvorens nadere samenwerkingsafspraken gemaakt worden.
GroenLinks heeft hierover de volgende vragen gesteld aan het college van Gedeputeerde Staten:
Vraag 1:
Heeft GS een duidelijk beeld van welke bezuinigingen er op gemeentes/regio's In Noord-Holland afkomen? Zo ja, om welke percentages gaat het per regio? Zo niet, bent u bereid om dit te inventariseren?
Vraag 2:
Wat is het standpunt van GS over de hoogte van de bezuinigingen op jeugdzorg en de ingangsdatum en het ontbreken van een afbouwpad?
Vraag 3:
Heeft de gedeputeerde ook in Noord-Holland de laatste tijd signalen van wethouders gekregen dat zij zich zorgen maken over dat de bezuinigingen hoger uitvallen dan verwacht?
Vraag 4:
Als de bezuinigingen hoger uitvallen dan verwacht, wat betekent dat dan voor de werkgelegenheid en de frictiekosten in de jeugdzorgsector?