De Statenfractie van GroenLinks wil dat de provincie Noord-Holland een duisternisbeleid gaat voeren. ‘Dat is belangrijk voor het menselijk welbevinden, goed voor de natuur en noodzakelijk vanwege de klimaatproblematiek’, aldus Statenlid Klaas Breunissen die vandaag het Initiatiefvoorstel ‘Kom op voor de Duisternis’ bij Provinciale Staten heeft ingediend. Volgende maand wordt op initiatief van de milieubeweging van zaterdag 27 op zondag 28 oktober voor de derde maal de landelijke Nacht voor de Nacht georganiseerd, bedoeld om het belang van nachtelijk duister te onderstrepen.

Op steeds minder plekken is het ’s nachts nog donker. Overvloedige verlichting van kassen, wegen en gebouwen heeft de nachtelijke duisternis uit grote delen van de provincie verdreven. Dat is geen goede ontwikkeling, vindt GroenLinks, want donkere nachten zijn belangrijk voor het welzijn van mens en natuur. Het overvloedige licht ’s nachts leidt ertoe dat je de sterren niet meer kunt zien, dat je bioritme wordt verstoord en dat een donkere nacht alleen nog maar een fenomeen is dat je kent van vakanties en verhalen. Verlichting en lichtbundels verstoren ook de vele nachtdieren en beperkt hen in hun bewegingsvrijheid. Zuiniger en slimmer omgaan met verlichting is bovendien noodzakelijk omdat we vanwege de klimaatproblematiek energie moeten besparen.

De statenfractie van GroenLinks stelt voor dat de provincie Noord-Holland het nachtelijk duister erkent als een belangrijke omgevingskwaliteit en beleid gaat ontwikkelen om nachtelijke lichtvervuiling tegen te gaan. En de provincie moet ook meedoen met de komende Nacht van de Nacht en dan de lichten van het provinciehuis en andere provinciale gebouwen doven.

Hieronder volgt de letterlijke tekst van het Initiatiefvoorstel 'Kom op voor de duisternis'.

Op steeds minder plekken is het ’s nachts nog donker. Overvloedige verlichting van kassen, wegen en gebouwen heeft de nachtelijke duisternis uit grote delen van de provincie verdreven. Dat is geen goede ontwikkeling, vindt GroenLinks, want donkere nachten zijn belangrijk voor het welzijn van mens en natuur. Het overvloedige licht ’s nachts leidt ertoe dat je de sterren niet meer kunt zien, dat je bioritme wordt verstoord en dat een donkere nacht alleen nog maar een fenomeen is dat je kent van vakanties en verhalen. Verlichting en lichtbundels verstoren ook de vele nachtdieren en beperkt hen in hun bewegingsvrijheid. Zuiniger en slimmer omgaan met verlichting is bovendien noodzakelijk omdat we vanwege de klimaatproblematiek energie moeten besparen.

De statenfractie van GroenLinks stelt voor dat de provincie Noord-Holland het nachtelijk duister erkent als een belangrijke omgevingskwaliteit en beleid gaat ontwikkelen om nachtelijke lichtvervuiling tegen te gaan. En de provincie moet ook meedoen met de komende Nacht van de Nacht en dan de lichten van het provinciehuis en andere provinciale gebouwen doven.

Hieronder volgt de letterlijke tekst van het Initiatiefvoorstel 'Kom op voor de duisternis'. Initiatiefvoorstel ‘Kom op voor de Duisternis’

20 september 2007

Aan Provinciale Staten van Noord-Holland,

De statenfractie van GroenLinks stelt u voor een provinciaal duisternisbeleid te gaan voeren. In dit Initiatiefvoorstel lichten wij ons voorstel toe en geven wij drie concrete suggesties voor provinciaal beleid. Wij verzoeken u Gedeputeerde Staten om preadvies over dit Initiatiefvoorstel te vragen en daarna beide teksten te bespreken in de statencommissie WAMEN en de plenaire vergadering van Provinciale Staten.

Namens de statenfractie van GroenLinks,
Klaas Breunissen

Lichtvervuiling en het belang van duisternis

Van zaterdag 27 op zondag 28 oktober wordt de derde landelijke Nacht van de Nacht gehouden. De Nacht van de Nacht is een initiatief van de provinciale Milieufederaties en de Stichting Natuur en Milieu, en is bedoeld om het belang van de oerkwaliteit duisternis te onderstrepen. Overheden, bedrijven, instellingen en burgers worden opgeroepen om die nacht zo veel mogelijk niet noodzakelijke lichten te doven, zodat de duisternis zichtbaarder wordt. Het is de bedoeling dat deze jaarlijks terugkerende activiteit leidt tot structurele maatregelen tegen lichtvervuiling en energieverspilling, en voor het terugkrijgen van de duisternis in Nederland.

De statenfractie van GroenLinks ondersteunt dit streven. Donkere nachten zijn belangrijk voor het welzijn van mens en natuur. Immers het overvloedige licht ‘s nachts kan ertoe leiden dat je de sterren niet meer kunt zien, dat je bioritme wordt verstoord, dat een donkere nacht alleen nog maar een fenomeen is dat je kent van vakanties en verhalen. Uit representatief onderzoek van onderzoeksinstituut Alterra (‘Donkere nachten’, 2005) blijkt dat 48% van de mensen hinder en ergernis ondervindt van kunstlicht. De Nederlandse nacht wordt elk jaar 3% lichter. Het aantal mensen dat ernstige last ondervindt van lichthinder is in tien jaar tijd verdubbeld. Ook op de dierenwereld heeft nachtelijke lichtoverlast negatieve effecten. Meer dan de helft van de dieren leeft ‘s nacht. Licht en lichtbundels verstoren en hinderen dieren in hun bewegingsvrijheid, zij versnipperen en verkleinen het leefgebied van vele dieren.

Ook de klimaatproblematiek en de noodzaak van energiebesparing dwingt tot het kritisch bekijken van alle nachtelijke verlichting die we hebben. Het staat buiten kijf dat we ’s nachts verlichting nodig hebben: wegverlichting voor de verkeersveiligheid en de sociale veiligheid, sierverlichting voor de sfeer (zoals de verlichte kerktoren), verlichting om bedrijven te laten functioneren (zoals werklocaties en kassen). Maar de vraag is of die verlichting de hele nacht moet en met de huidige sterkte. Zou het niet een beetje minder en slimmer kunnen! Het is toch zot dat veel straatlampen en lampen in kassen niet alleen de straat en planten onder hen verlichten, maar ook de hemel boven hen: dat is inefficiënt, verspillend en hinderlijk.

GroenLinks vindt dat de bescherming en bevordering van de duisternis thuis hoort op de provinciale agenda. Dat is belangrijk voor het menselijke welbevinden, goed voor de natuur en noodzakelijk vanwege de klimaatproblematiek. Om provinciaal beleid in deze van de grond te krijgen, heeft GroenLinks dit initiatiefvoorstel geschreven en doet zij de onderstaande drie voorstellen.

Drie concrete voorstellen

1. Meedoen aan de Nacht van de Nacht
De provincie Noord-Holland doet vanaf heden jaarlijks mee aan de Nacht van de Nacht. Dat betekent dat zij de buitenverlichting van provinciale gebouwen, in ieder geval van het provinciehuis, die nacht geheel dooft of minstens dimt. Technisch gezien is dat geen enkel probleem want al eerder, namelijk op 1 februari van dit jaar, heeft het provinciebestuur meegedaan aan de Licht-UIT actie voor een beter klimaat.

Met het meedoen aan de Nacht van de Nacht toont de provincie dat zij de duisternis een belangrijke omgevingskwaliteit vindt, waarvoor zij zich beleidsmatig wil inzetten.Tevens stimuleert de provincie daarmee anderen (gemeenten, bedrijven, instellingen, particulieren) ook mee te doen aan de bestrijding van lichtvervuiling.

2. Provinciedekkende inventarisatie van donker- en lichtsituatie maken
Om effectief beleid te kunnen voeren en te evalueren is het nodig de feiten te kennen. Het is daarom belangrijk de huidige situatie m.b.t. het nachtelijk duister in onze provincie in kaart te brengen. Daarvoor zijn verschillende methoden beschikbaar, die reeds door anderen zijn toegepast.

De provincie Zeeland heeft vorig jaar zowel een hemelhelderheidskaart als een lichtbronnenkaart van de provincie gemaakt. Op de hemelhelderheidskaart wordt zichtbaar gemaakt hoe donker en licht het waar in de provincie is (in milicandela per vierkante meter; milicandela is de maat voor de hoeveelheid licht die van de hemel komt). Op de andere kaart worden alle lichtbronnen in de provincie in beeld gebracht. Door deze onder te verdelen in categorieën (zoals openbare straatverlichting van gemeentelijke, provinciale en rijkswegen, lichtbronnen van industrie, benzinestations, recreatieterreinen e.d.) wordt inzicht verkregen waar vermindering van de lichtvervuiling mogelijk is en de moeite loont.

Een veel subjectievere inventarisatie van de nachtelijke lichtvervuiling is het maken van een belevingskaart waarop wordt vastgelegd wat bewoners vinden van het nachtelijk duister en de lichtoverlast op diverse locaties in de provincie. Daarbij wordt ook inzicht verkregen in hun wensen. In Noord-Holland heeft de Milieufederatie in 2005 een eerste aanzet voor zo’n belevingskaart gegeven. In Drenthe heeft de Milieufederatie in samenwerking met de provincie zo’n kaart gemaakt. Circa honderd vrijwilligers hebben in 2004 en 2005 de structurele nachtelijke lichtbronnen in Drenthe geïnventariseerd, waarna deze gegevens zijn samengevoegd en ingevoerd in het geografisch informatiesysteem (GIS).

Het is belangrijk om na het maken van deze licht- en donkerinventarisatie die is te beschouwen als een ‘nulmeting’, periodiek een dergelijke meting uit te voeren om inzicht te krijgen in de ontwikkeling van de nachtelijke lichtvervuiling en de effectiviteit van het beleid.

3. Duisternis-beleid vaststellen
Als we het nachtelijk duister én energiebesparing belangrijk vinden, moeten we er als provincie ook beleid op voeren. GroenLinks stelt voor dat Gedeputeerde Staten binnen een jaar een beleidsvoorstel in deze ter vaststelling aan Provinciale Staten voorleggen.

Mede op basis van de inventarisatie van de huidige nachtelijke lichtvervuilingsituatie in de provincie kunnen knelpunten worden geïdentificeerd en oplossingen worden bedacht.

Suggesties voor beleid

Ter stimulering van de gedachten valt bij het te formuleren provinciale duisternisbeleid aan de volgende zaken te denken:

a. Als doelstelling formuleren dat de nachtelijke verlichting in de provincie over de hele linie moet verminderen, cq niet mag toenemen. Zo heeft de provincie Zeeland in het Omgevingsplan Zeeland 2006-2012 ‘het beschermen van duisternis’ als beleidsdoel opgenomen. Ze erkent duisternis als een bedreigde en te beschermen ‘omgevingskwaliteit’ met als daaruit voortvloeiende acties: ‘Opstellen en uitvoeren van en uitvoeringsprogramma/ actieplan duisternis’, ‘Opstellen van verlichtingplannen voor bedrijven onder provinciaal bevoegd gezag’, ‘Ontwikkelen van een afwegingskader ter voorkoming van lichthinder’.
b. De provincie kan haar duisternisbeleid opnemen in de in het kader van de nieuwe Wet op de Ruimtelijke Ordening op te stellen provinciale Structuurvisie en provinciale Verordening. De provincie kan een duisternisparagraaf tot een verplicht onderdeel van het Beeldkwaliteitplan maken.
c. Bepalen dat in en nabij bepaalde gebieden de nachtelijke lichtsterkte substantieel moet verminderen. Die gebieden zijn wat GroenLinks betreft in ieder geval gebieden waar de diverse oerkwaliteiten (duisternis, stilte, ruimte) samenvallen of behoren samen te vallen, zoals in natuurgebieden en nationale landschappen, en gebieden waar het nu nog (behoorlijk) donker is ‘s nachts.
d. Bij de ontwikkeling en beoordeling van nieuwe plannen in het landelijk gebied dient het aspect lichthinder uitdrukkelijk te worden meegenomen in de locatieafweging. Nieuwe initiatieven met een aanzienlijke lichtuitstraling zijn niet toegestaan omdat zij een aantasting van de omgevingskwaliteit vormen. Dergelijke initiatieven kunnen pas doorgaan als kan worden aangetoond dat met een lichtreductieplan de feitelijke lichtuitstraling tot een aanvaardbaar niveau kan worden teruggebracht. Dat geldt ook voor de beoordeling van nieuwe plannen in stedelijk gebied waarvan de lichtuitstraling een aanzienlijke effect op het landelijk gebied hebben.
e. De provincie besteedt bij grote (woning)bouwprojecten waarbij zij betrokken is (zoals Bloemendalerpolder en Wieringerrandmeer), vanaf de ontwerpfase aandacht aan het belang van duisternis en energiebesparing.
f. De provincie maakt een overzicht van de wegverlichtingssituatie van alle provinciale wegen. Zij gaat na waar de verkeerssituatie en de sociale veiligheid het mogelijk maken de wegverlichting ’s avonds en ‘s nachts te dimmen, te doven en/of te vervangen door minder hinderlijke verlichting. De Led-verlichting die nu op een aantal provinciale wegen is aangelegd (zoals de Zeeweg in Bloemendaal), is daarvoor een goed voorbeeld. De provincie maakt op basis van deze inventarisatie een plan van aanpak voor wegverlichting. Onderdeel van het plan is in ieder geval dat bij vervanging van wegverlichting steeds de modernste, minst lichtvervuilende verlichting(apparatuur) wordt gekozen.
g. Noord-Holland kan zich laten inspireren door initiatieven in de Verenigde Staten en Canada waar ‘dark sky areas’ zijn aangewezen, waarvoor ‘dark area protocollen’ gelden. In die protocollen is bijvoorbeeld bepaald dat in die donkertegebieden geen wit licht (koplampen, zaklampen, open vuur) is toegestaan. De twee nationale parken die Noord-Holland kent (Zuid-Kennemerland, Duinen van Texel) kunnen we aanwijzen als dark sky area.
h. De provincie onderzoekt of zij in de milieuvergunning voor bedrijven een bepaling over lichtuitstraling ’s nachts kan opnemen. Bijvoorbeeld het verplicht doven van 100% of 50% alle buitenverlichting een uur na sluitingstijd of tussen 22.00 en 06.00 uur.
i. Ervoor zorgen dat op en bij recreatiefaciliteiten, sportvelden en parkeerterreinen ’s nachts de lichtuitstraling tot een minimum beperkt wordt.
j. Voor de gebieden waar professionele en amateur astrologen naar sterren kijken (observatoria, sterrenwachten en andere plekken) wordt een specifiek duisternisbeleid ontwikkeld.
k. De lichthinder van tuinbouwkassen wordt voortvarend bestreden. Door glastuinbouw te concentreren en het verspreide glas te saneren kan de lichthinder effectiever worden bestreden. De provincie ziet er op toe dat het Besluit Glastuinbouw en het Convenant over lichthinder tussen sector en milieubeweging wordt uitgevoerd.
l. De provincie stimuleert gemeenten ook een beleid te voeren ter bescherming van de nachtelijke duisternis. Zij bevordert dat gemeenten gezamenlijke doelen en richtwaarden voor nachtelijke lichtuitstraling hanteren.
m. De provincie overlegt met het bedrijfsleven (LTO, MKB, VNO-NCW) over de bijdrage van bedrijven aan de bestrijding van lichtvervuiling.

Concept statenbesluit

GroenLinks stelt Provinciale Staten voor, op grond van dit Initiatiefvoorstel en de in commissie en staten gevoerde discussie, het volgende besluit te nemen:

Provinciale Staten, in vergadering bijeen op [datum];
beraadslagende over het Initiatiefvoorstel ‘Kom op voor de Duisternis’ van GroenLinks;

Overwegende:
het belang van nachtelijke duisternis voor het welzijn van mens en natuur én het belang van energiebesparing;

Spreken uit dat:
de provincie Noord-Holland een duisternisbeleid gaat ontwikkelen en uitvoeren;

Dragen Gedeputeerde Staten op:
a) Vanaf heden jaarlijks mee te doen aan de manifestatie Nacht van de Nacht.
b) Een provinciedekkende inventarisatie te maken van de huidige lichtsituatie ’s nachts (‘nulmeting’).
c) Provinciale Staten binnen een jaar een beleidsnotitie ‘Provinciaal Duisternisbeleid’ ter besluitvorming voor te leggen. In die beleidsnotitie staan onder meer de doelstellingen van het beleid geformuleerd, evenals een overzicht van te ondernemen maatregelen en activiteiten, en een financiële vertaling.

Bekijk hier ook de powerpointpresentatie waarmee het initiatiefvoorstel in PS is geintroduceerd.