Op 6 april hebben Gedeputeerde Staten geantwoord op de schriftelijke vragen van Harmen Binnema over de woningbouw.
Op 16 maart stelde Harmen Binnema de volgende schriftelijke vragen:
Gedeputeerde Meijdam heeft recentelijk namens de provincie Noord-Holland de MIPIM vastgoedbeurs in Cannes bezocht. In het Noordhollands Dagblad van 12 maart 2004 werd hiervan verslag gedaan.
ALKMAAR- Minimaal 60.000 woningen erbij in de periode van 2005 tot 2009. Onder meer met die 'harde taakstelling' wordt volgens Noord-Hollands gedeputeerde voor ruimtelijke ordening H. Meijdam (VVD) de stagnerende bouwproductie in Noord-Holland nieuw leven ingeblazen. Tegelijk kan zo het tekort aan woningen dalen, denkt Meijdam.
Meijdam zei dit tijdens het Mipim-Vastgoedcongres in het Zuid-Franse Cannes. De gedeputeerde pleit er voor bestemmingsplannen met aanzienlijke woningaantallen met voorrang te behandelen. Hij wil verder ook eenvoudigere regels waardoor bouwplannen sneller uitgevoerd kunnen worden. (…)
De fractie van GroenLinks deelt de zorg van de gedeputeerde over de stagnatie in de woningbouw productie. Tegelijkertijd vragen wij ons af het willen bouwen van dergelijke aantallen in korte tijd geen afbreuk doet aan de zorgvuldigheid van de procedures van planvorming en uitvoering. Tevens is onduidelijk waar deze woningen moeten komen, hoe één en ander zich verhoudt tot bestaande streekplannen en aan welke versoepeling van de regels hier wordt gerefereerd.
Vragen
- Vertegenwoordigen de uitspraken van gedeputeerde Meijdam het collegestandpunt in dezen of betreft het hier een persoonlijke opvatting van de gedeputeerde?
- Waar is het aantal van 60.000 woningen op gebaseerd in de betreffende periode gebaseerd, aangezien in hetzelfde krantenartikel gerept wordt van een tekort van circa 40.000 woningen?
- Hoe verhoudt dit aantal van 60.000 woningen zich tot de taakstelling die is vastgelegd in het Streekplan Noord-Holland Zuid en het nog vast te stellen Ontwikkelingsbeeld Noord-Holland Noord?
- Heeft het college al specifieke locaties op het oog waarvoor deze versnelling en vereenvoudiging van procedures zou gaan gelden?
- Wat wordt bedoeld met voorrang voor bestemmingsplannen met aanzienlijke woningaantallen? Over welke aantallen gaat dat dan en van wat voor soort voorrang is er sprake in de procedure bij GS?
- Waar moet concreet aan gedacht worden als wordt gesproken van een vereenvoudiging van regels?
- In het collegeprogramma, in het Streekplan NHZ en naar verwachting ook in het Ontwikkelingsbeeld NHN zijn danwel worden heldere afspraken gemaakt over de inzet op verdichting, het bouwen binnen bestaand stedelijk gebied. Deelt het college onze opvatting dat ook bij deze versnelling en versoepeling de ICT-opgave voorop staat?
Op 6 april hebben Gedeputeerde Staten de volgende antwoorden op deze vragen vastgesteld:
- De uitspraken betreffen een collegestandpunt.
- Er is op dit moment een tekort van circa 40.000 woningen in Noord-Holland. Bovendien groeit, onder meer door de vergrijzing, de woningbehoefte ieder jaar. Door de bouw van 60.000 tot 65.000 woningen in de periode 2005 t/m 2009 wil de Provincie niet alleen de jaarlijkse groei van de woningbehoefte opvangen, maar ook het woningtekort tot 2010 halveren of in ieder geval flink terugdringen.
- Als we kijken naar de Streekplannen en we de daar opgegeven aantallen woningen herleiden tot dezelfde periode 2005-2010, dan blijkt dat het aantal van 60.000 woningen een verhoging van de opgave betekent. De beide streekplannen komen, als we uitgaan van een gelijkmatige woningproductie over de betreffende streekplanperioden, voor dezelfde periode 2005-2010 op 53.500 woningen in Noord-Holland (inclusief het ROA). Het aantal van 60.000 is hoger, omdat in de meest recente prognoses uitgaande van de Primos-ramingen wordt uitgegaan van een terugbrengen van het woningtekort tot 1,75% in 2010. Gelet op wat de regionale woonvisies en voorbereidende quick scans aangeven, zijn de bouwmogelijkheden hiervoor ruimschoots aanwezig; de vraag is of het tempo van bouwen kan worden gehaald (van 9000 woningen per jaar de afgelopen jaren zou dit naar 12000 woningen per jaar moeten).
- Het college heeft nog geen specifieke locaties op het oog. De gedachte is dat de versnelde afhandeling van toepassing zal zijn op bestemmingsplannen met aanzienlijke woningaantallen.
- De bedoeling is in het ambtelijke apparaat in de afhandeling prioriteit te geven aan bestemmingsplannen met veel woningbouw. Er wordt gewerkt aan ambtelijke invulling van dit voornemen. In eerste instantie wordt gedacht aan een aantal van minstens 50 woningen.
- Waar werd gesproken over vereenvoudiging van regels werd gerefereerd aan het voornemen van het rijk om wet en regelgeving terug te dringen, zodanig, dat onnodig complicerende regelgeving vervalt en procedures kunnen worden gestroomlijnd. De bedoeling is de ontwikkelfase van plannen te bekorten.
- De ICT-doelstellingen blijven onverkort gehandhaafd. Het versnellen van de woningproductie en het versnellen van de procedures om dat mogelijk te maken hebben effect op alle typen gebieden, waaronder de ICT. De ICT-opgave kan alleen met succes worden uitgevoerd als op basis van voldoende productie en voldoende uitlegmogelijkheden de woningmarkt wordt verruimd: de ICT en de uitleg gaan hand in hand.