De provincie gaat een actief beleid voeren om alternatieve methoden - dan het doden van dieren - te ontwikkelen om schade door dieren te voorkomen. Dat hebben Provinciale Staten op voorstel van GroenLinks besloten. Zo nodig worden op Noord-Hollands grondgebied nieuwe methoden uitgetest. Het dagelijks bestuur van de provincie moet hierover gaan overleggen met het IPO (het samenwerkingsverband van de provincies) en het Faunafonds (de organisatie die door dieren veroorzaakte schade aan landbouwgewassen uitkeert).
Op 17 december besprak Provinciale Staten de nieuwe provinciale beleidsnota over het faunabeleid. Daarin staat terecht dat afschot van dieren het ‘uiterste middel’ is, maar dat is volgens GroenLinks deels een krachteloos voornemen als je weinig doet aan alternatieve manieren om schade te voorkomen. De creativiteit bij het verjagen van dieren van landbouwgewassen is dramatisch laag: een vlaggetje hier, een schietapparaat daar, en dat is het dan. Dan hebben de grondbezitters voldaan aan de eis dat ze minstens twee alternatieve methoden uitgeprobeerd moeten hebben, voordat ze mogen gaan schieten.
Klaver
Terwijl er juist met een beetje creativiteit veel meer te bereiken is. Er zijn veel nieuwe methoden in ontwikkeling om dieren te verjagen, waarbij afwisseling, onvoorspelbaarheid en menselijke aanwezigheid een rol spelen. Bovendien verdienen experimenten aandacht om beesten weg te lokken van kostbare gewassen naar gebieden waar ze geen schade kunnen aanrichten: ganzen zijn dol op klaver en daarom is het inzaaien van klaver op bepaalde plekken een prima manier om ganzen daarheen te verleiden.
Gedeputeerde Peter Visser (PvdA) van dierenbeleid sputterde in de commissievergadering nog tegen door te beweren dat het zoeken naar alternatieve methoden geen provinciale taak is, maar na de discussie in de plenaire statenvergadering zei hij toe het GroenLinks-voorstel te willen uitvoeren. We houden u op de hoogte.
Huismus
Ook werd het GroenLinks-voorstel aanvaard om de huismus van de provinciale vrijstellingslijst af te halen. Een dier dat op die lijst staat, mag zonder verdere regelingen verjaagd en bejaagd worden. Het is te zot voor woorden dat de huismus op die lijst staat. Deze ‘kwajongen onder de vogels’ brengt volgens woordvoerder Klaas Breunissen immers geen schade toe en is juist de laatste jaren verontrustend in aantal achteruit gegaan. Gelukkig was de statenvergadering dat met hem eens.