Dat ook fel rechts, zoals ik deze collega’s maar even noem, voorstemde kwam omdat zij hechten aan het onderdeel erfgoed. Het koesteren van onze vaderlandse geschiedenis zeg maar. Daar kan je grappig en cynisch over opmerken dat ze cultuur belangrijk vinden zolang het maar door dode witte mensen is geschapen, maar ik zie het anders. De ene Noord-Hollander houdt van avantgardistische installaties of moderne dans en de ander van toneel in Westfries dialect en ijszeilboten in het Zuiderzeemuseum. Het provinciaal beleid heeft geen smaak maar koestert cultuur en erfgoed over de volle breedte.
Eensgezindheid was ver te zoeken bij het onderwerp RES-referendum en de vraag of het PS-besluit om geen referendum mogelijk te maken correct was. Vooral de collega van Forum ging tekeer. Ze sprak met dedain over PS als ‘volksvertegenwoordiging’ (met quote-unquote-vingers in de lucht); landelijke regels werden gekarakteriseerd als ‘het moet van de baas’ waarvoor ‘de democratie moet wijken’ of zelfs wordt ‘uitgeschakeld’; er was ‘schijnparticipatie’ en ‘selectieve democratie’ bij de inspraak. Ze merkte op dat een collegapartij ‘niets heeft met democratie’. Het ging ook over ‘vogelmoord als gevolg van de nietsontziende wieken van de windturbines’, maar dat vond ik nog wel leuk gevonden.
Tuurlijk, de zaken wat scherp aanzetten is soms zinvol. We zijn wel politici en we houden van debat. GroenLinks zou ook zomaar kunnen beweren dat we hier ‘binnenkort’ onder water staan als we geen klimaatbeleid voeren. Maar het nadeel van het gebruik van overdrijving is dat er afstomping kan ontstaan. Als je eerder al hebt vastgesteld dat PS een quote-volksvertegenwoordiging-unquote is, een soort fopparlement, en het toch gewoon zijn werk blijft doen, wat moeten je dan de volgende keer zeggen om de aandacht te krijgen als jouw partij zijn zin niet krijgt? Eindig je dan toch weer met beeldspraak over de Tweede Wereldoorlog?
Ik ben het meestal erg oneens met mijn collega’s van Forum. Maar ik noem hen niet voor niets collega’s. Ook zij zijn Noord-Hollanders die op menig vrije avond de provincie intrekken om burgers te ontmoeten, die soms uuuuren voor hun scherm zitten om debatten bij te wonen. En die dat doen omdat ze overtuigingen hebben over hoe het verder moet met wonen, verkeer, economie, klimaat. Die idealen hebben en opvattingen over wat in het belang van hun provinciegenoten is. Dat waardeer ik in hen en daarom voel ik me met hen verbonden. En daarom vind ik het jammer, en uiteindelijk gevaarlijk, als ze diskwalificaties gebruiken of ons ervan beschuldigen die burgers te negeren. We horen soms wat anders misschien. Maar we luisteren wel, net als zij. We vinden soms wat anders. Maar we zoeken naar wat het beste is, net als zij.