VVD-staatssecretaris Schultz van Hagen van Verkeer en Waterstaat heeft spijt van haar uitspraken in het Parool van 4 mei, dat Schiphol geen zesde baan nodig heeft. Zij is daarover op de vingers getikt door de Noord-Hollandse VVD-gedeputeerde Hooymaaijers die vindt dat de staatssecretaris had moeten zeggen dat het huidige banenstelsel moet worden aangepast. Dat blijkt uit de antwoorden van Gedeputeerde Staten op schriftelijke vragen van GroenLinks statenlid Klaas Breunissen. Onlangs hebben Provinciale Staten in meerderheid besloten de ruimtelijke reservering te verlengen voor nieuwe banen en baanaanpassing op Schiphol. GroenLinks stemde daartegen omdat zij vindt dat capaciteitsuitbreiding van de luchthaven onacceptabel is zolang de milieuoverlast en overlast voor de leefomgeving niet worden teruggebracht.
Hieronder de letterlijke tekst van de vragen en de antwoorden.

VRAGEN NR. 57

Aan de leden van Provinciale Staten van Noord-Holland

Haarlem, 6 juni 2006
Onderwerp: Vragen van de heer drs. K.W.C. Breunissen (Groen Links)

Bijlage(n): 1

De voorzitter van Provinciale Staten van Noord-Holland deelt u overeenkomstig het bepaalde in artikel 45 van het Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van Provinciale Staten mede, dat op 8 mei 2006 van het lid van Provinciale Staten, de heer drs. K.W.C. Breunissen, de volgende vragen bij Gedeputeerde Staten zijn ingekomen.

Inleiding: Ruimtelijke reservering voor nieuwe landingsbanen Schiphol
In het Parool van 4 mei 2006 staat op de voorpagina een artikel onder de kop: ‘Geen zesde baan voor Schiphol’. De eerste regels van het betreffende artikel luiden: ‘Schiphol zal ook in de toekomst geen zesde baan nodig hebben. Ook een luchthaven in zee is geen alternatief. Het is beter goedkope vluchten en charters naar Lelystad te verplaatsen. Dat zegt staatssecretaris Melanie Schultz van Haegen van Verkeer en Waterstaat vandaag in een interview met Het Parool. In het eigenlijke interview op pagina 12 van de krant wordt staatssecretaris Schultz als volgt geciteerd: ‘Mijn persoonlijke mening is dat ik betwijfel of er een zesde baan komt. Die baan geeft meer zekerheid, maar is een grote investering. Ik denk dat selectiviteit en het verplaatsen van delen van het luchtverkeer naar Lelystad beter zijn.’
In Voordracht 18 dd 28 februari 2006, betreffende de ‘Partiële herziening streekplan Noord-Holland Zuid, voortzetting planologische reservering banenstelsel Schiphol’ (behandeld in de vergadering van Provinciale Staten op 27 maart 2006) schrijven Gedeputeerde Staten op pagina 1: ‘De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat en de Schiphol Group hebben najaar 2005 gevraagd de planologische reservering voor het banenstelsel Schiphol te verlengen’.
Het interview van de staatssecretaris met het Parool van 4 mei is aanleiding voor ondergetekende om namens de statenfractie van GroenLinks de volgende schriftelijke vragen te stellen aan het college van Gedeputeerde Staten.

Vragen.
1. Gedeputeerde Staten schrijven op 28 februari aan Provinciale Staten dat de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat aan GS heeft gevraagd de ruimtelijke reservering voor de aanleg van een zesde en zevende baan op Schiphol te verlengen, terwijl diezelfde staatssecretaris in het Parool van 4 mei zegt dat een zesde of zevende baan niet nodig is. Kunt u dit verschil in standpunt van de staatssecretaris verklaren?

2. Op welke wijze heeft de staatssecretaris u in het najaar van 2005 gevraagd de planologische reservering voor het banenstelsel van Schiphol te verlengen? Heeft u daarvan een schriftelijk verzoek van de staatssecretaris en kunt u een kopie daarvan aan ons verstrekken?

3. Bent u van mening dat de planologische reservering voor het banenstelsel van Schiphol tot medio 2008, zoals door Provinciale Staten in meerderheid op 27 maart onderschreven, zijn zin heeft verloren na de uitspraken van de staatssecretaris in het Parool van 4 mei?

Ons antwoord aan Provinciale Staten luidt als volgt:

1. In strikt letterlijke zin is er geen verschil tussen het verzoek van de Staatssecretaris om de ruimtelijke reservering te verlengen en haar uitspraken in het Parool. In het verzoek ging het om de mogelijkheid het banenstelsel aan te passen, terwijl zij in het Parool suggereert dat geen extra baan nodig is. Dit laatste laat de mogelijkheid open van een aanpassing zonder uitbreiding. Die belangrijke nuance blijkt echter niet uit het interview.
De gedeputeerde Schipholzaken heeft de Staatssecretaris daarom laten weten ongelukkig te zijn met haar uitspraken in de pers, te meer omdat – tegen de afspraken in – in het kabinetsstandpunt niet gesproken wordt van aanpassing, maar van uitbreiding van het aantal banen. De Staatssecretaris heeft daarop gereageerd door te zeggen dat haar uitspraken op persoonlijke titel zijn gedaan en dat zij ze achteraf wellicht beter niet had kunnen doen.

2. Het verzoek van de Staatssecretaris is bij brief van 17 oktober 2005 gedaan. Een afschrift daarvan is bijgevoegd.

3. Wij zijn niet van mening dat de planologische reservering zijn zin heeft verloren, aangezien deze de eventuele mogelijkheid biedt aan Schiphol het banenstelsel aan te passen om tot optimalisering te komen. Een voorbeeld daarvan is om simultaan starten en landen via 2 + 2 banen mogelijk te maken en/of de hinder van de omgeving te beperken door een gunstiger ligging van de banen. De persoonlijke inschatting van de Staatssecretaris over de eventuele noodzaak van meer banen doet daar niets van af.