GroenLinks wil van het provinciebestuur weten wat de provincie kan doen om zowel het Urgenda-vonnis als de doelen uit het klimaatakkoord te halen. Anouk Gielen, woordvoerder klimaat & energie, heeft hierover schriftelijke vragen gesteld aan Gedeputeerde Staten.

Vragen van A. Gielen (GroenLinks) over het bericht dat Nederland niet op schema ligt om de doelen uit het klimaatakkoord te halen.

Inleiding

Op 1 november 2019 kwam het nieuws naar buiten dat volgens het Planbureau van de Leefomgeving (PBL) het kabinet de klimaatdoelen van 2020 en 2030 niet gaat halen. In 2020 moet de CO2-uitstoot van Nederland volgens het Urgenda-Vonnis 25% lager zijn ten opzichte van 1990. In 2030 moet dat 49% zijn, zoals afgesproken in het klimaatakkoord. Nu blijkt uit de berekeningen dat Nederland nog onvoldoende op schema ligt en dat de reductie in 2030 waarschijnlijk tussen de 43 en 48 procent zal uitkomen. Het is belangrijk om duidelijkheid te scheppen over de situatie in onze provincie en om alles op alles te zetten om in Noord-Holland deze doelen wél te halen.

Vragen

  1. Wat betekent de publicatie van het PBL voor Noord-Holland?
  2. Gelden de tegenvallers waarover gesproken wordt ook voor Noord-Holland?
  3. In hoeverre is het waarschijnlijk dat Noord-Holland de doelen uit het Urgenda-vonnis en het klimaatakkoord wel zal halen?
  4. Wat kunnen we als provincie doen om zowel het Urgenda-vonnis als de doelen uit het klimaatakkoord te halen?
  5. Zijn Gedeputeerde Staten bereid om na te denken over extra maatregelen, zoals bijvoorbeeld een extra subsidieronde volgend op het landelijk voornemen, om het Urgenda-Vonnis en de doelen uit het klimaatakkoord te halen?
  6. Zijn Gedeputeerde Staten bereid om binnen IPO verband extra in te zetten op ambitieus klimaatbeleid?
  7. Zijn Gedeputeerde Staten bereid om binnen de stuurgroepen  Regionale Energie Strategie (RES) Noord-Holland Noord en RES Noord-Holland Zuid in te zetten op ambitieuze boden, zodat de doelen uit het klimaatakkoord wel zullen worden gehaald?

Binnen 30 dagen moeten GS deze vragen schriftelijk beantwoorden.