Na enige tijd stilte is zondag 5 juni het illegale motorcrossen weer gestart. Deze keer was een terrein ten zuiden van Den Helder aan de beurt, dat enkele maanden geleden door Landschap Noord-Holland juist was aangekocht is om natuur te ontwikkelen. De hekken zijn doorgeknipt en met een shovel is het terrein ‘ingericht’ voor het crossen. Het resultaat: ernstige beschadiging van het terrein en ook het broeden van vogels is ruw verstoord. Harmen Binnema wil van Gedeputeerde Staten waarom door de politie niet opgetreden is en op welke manier de provincie betrokken is bij het zoeken naar een definitieve oplossing voor een crossterein.

In het Ontwikkelingsbeeld Noord-Holland Noord, dat najaar 2004 door Provinciale Staten is vastgesteld, zijn bij amendement de geplande locaties voor een grootschalig durfsportcentrum in de Wieringermeer geschrapt. Sindsdien is er door groepen motorcrossers illegaal gecrosst op plekken in ondermeer de Wieringermeer, Anna Paulowna, Niedorp en Heemskerk. Intussen is ook overleg gevoerd tussen de crossers en diverse gemeenten in de Noordkop om tot afspraken over locaties te komen. Ook hebben GS de regels versoepeld om ontheffing voor tijdelijke locaties te verlenen.

Na enige tijd stilte – in meerdere opzichten – is op 5 juni jl. het illegaal crossen weer gestart. Ditmaal ten zuiden van Den Helder, in een gebied dat door Landschap Noord-Holland aangekocht is om natuur te ontwikkelen. Hekken zijn doorgeknipt en met een shovel is het terrein ‘ingericht’ voor het crossen. Het resultaat: ernstige beschadiging van het terrein en ook het broeden van vogels is ruw verstoord. In een uitzending van Radio Noord-Holland van 5 juni sprak de terreinbeheerder terecht zijn grote verontwaardiging over dit gebeuren uit. Ook burgemeester Staatsen van Den Helder liet in de uitzending weten boos te zijn over dit ‘eigenmachtig handelen’ en het in bezit nemen van het eigendom van een ander. Wegens gebrek aan manschappen zou de politie niet hebben ingegrepen.

Dit is aanleiding voor ondergetekende de volgende vragen te stellen:

1. Heeft de recente versoepeling van de regels, d.w.z. de ontheffing voor tijdelijke locaties, tot extra aanvragen voor crosses vanuit de gemeenten in de Noordkop geleid?

2. Kunt u aangeven hoe ver het overleg tussen de gemeenten in de Noordkop en de motorcrossers inmiddels is gevorderd? Is er zicht op concrete locaties en zo ja, hoe intensief zouden deze gebruikt worden en op welke termijn zijn die beschikbaar?

3. Zijn dit oplossingen waarvoor zowel bestuurlijk als ook maatschappelijk draagvlak bestaat?

4. Zijn GS met ons van mening dat crossen in natuurgebieden - en meer in het algemeen: op andermans eigendom - buitengewoon onwenselijk is en dat in voorkomende gevallen ook actief opgetreden zou moeten worden?

5. Is het correct dat de politie in Den Helder niet heeft ingegrepen? Is u bekend of dit bij voorgaande illegale crosses wel is gebeurd? Wat waren de redenen indien niet is ingegrepen?

6. Zijn er, naar aanleiding van eerdere vernielingen door illegale cross, pogingen gedaan door gemeenten of door eigenaren van de betreffende terreinen de schade op de crossers te verhalen?

Gedeputeerde Hooijmaijers had enige maanden geleden bezoek van de Koninklijke Motorcrossvereniging. Naar aanleiding daarvan schreef hij in zijn weblog van 16 februari: “Helaas hebben Provinciale Staten vorig jaar besloten dat in het streekplan Noord-Holland uiteindelijk twee mogelijke locaties worden geschrapt. (…) Kortom, mijn handen zijn door Provinciale Staten gebonden. (…) Het Rijk moet haar aanjaagfunctie maar eens vervullen en locaties gaan aanwijzen voor deze in populariteit groeiende volkssport. Via de weg van onderop komt er niets van terecht.”

7. Hoewel de gedeputeerde zich gebonden acht aan het besluit van PS, kunnen wij ons gezien het gemeente-overstijgend karakter goed voorstellen dat om advies en bemiddeling van de provincie is gevraagd. Bovendien lijkt de gedeputeerde er geen vertrouwen in te hebben dat de gemeenten het zelf kunnen oplossen. Kortom, op welke wijze is de provincie de afgelopen maanden bij het zoeken naar een oplossing betrokken geweest?

8. Is door de provincie danwel door de Koninklijke Motorcrossvereniging contact geweest met het Rijk en om de genoemde actie (het aanwijzen van crosslocaties) verzocht?

Op 28 juni antwoorden Gedeputeerde Staten:

  1. Nee, er is één aanvraag binnengekomen en dat is een jaarlijks terugkerende aanvraag.
  2. Op 23 juni 2005 staat er een voorstel op de agenda van het portefeuillehoudersoverleg van het gewest Kop van Noord-Holland waarin aan alle gemeenten in het gewest gevraagd wordt of zij willen meewerken aan het realiseren van een tijdelijke of een permanente motorcrosslocatie waarop maximaal 8 uur per week gecrosst mag worden. Dit voorstel is door de stuurgroep motorcross op de agenda gezet. In die stuurgroep zitten de gemeente Wieringermeer, de gemeente Niedorp, het gewest Kop van Noord-Holland en de Noord-Hollandse motorsportfederatie.
    De gemeente Wieringermeer is zelf al een stap verder. Zij heeft al in het college en in de raad besloten om mee te werken aan een permanente locatie. Er is een aantal mogelijke locaties uitgezocht. Die locaties worden nu tegen elkaar afgewogen en daaruit wordt een keuze gemaakt. De gekozen locatie wordt planologisch vastgelegd in een bestemmingsplan, of de locatie wordt gerealiseerd met toepassing van de procedure artikel 19 WRO. De gemeente Wieringermeer wil niet noemen om welke mogelijke locaties het gaat, in verband met speculatie.
    Wat betreft een tijdelijke locatie in de Wieringermeer heeft de gemeente afgesproken met de motorcrossfederatie dat de motorcrossfederatie zelf een aanvraag zal indienen bij de gemeente. Deze locatie kan sneller gerealiseerd worden door middel van artikel 17 WRO.
    Over de exacte termijn waarop de tijdelijke, danwel permanente locatie beschikbaar zouden komen, is op dit moment weinig te zeggen.
  3. De bestuurders van de gemeente Wieringermeer en Niedorp zijn initiatiefnemers van de stuurgroep realisatie tijdelijke en permanente motorcrossterreinen. Vanuit die gemeenten wordt vanuit de colleges de noodzaak gevoeld om dit probleem aan te pakken. In Wieringermeer heeft de raad ook ingestemd met het zoeken naar een oplossing voor de motorcrossproblematiek.
    Maatschappelijk draagvlak is er in ieder geval bij de Noord-Hollandse Motorsportfederatie, die ook deelneemt aan de stuurgroep. Bij de actiegroep Bespaar ons Lawaai is geen draagvlak. Van andere betrokkenen is ons op dit moment niets bekend.
  4. Wij vinden crossen in natuurgebieden onwenselijk. Wij zijn van mening dat als er illegaal gecrosst wordt, er opgetreden moet worden.
  5. De politie Noord-Holland Noord geeft aan bij illegaal crossen altijd op te treden. In dit geval heeft politie Noord-Holland Noord ter plaatse tegen de organisatoren proces-verbaal opgemaakt. In het belang van de openbare orde heeft de burgemeester van Den Helder, op advies van de politie Noord-Holland Noord, echter besloten het grote aantal crossers niet direct ‘met de sterke arm’ te laten te verwijderen.
  6. Daar is ons niets over bekend.
  7. Wij hebben wel degelijk vertrouwen in het vermogen van de gemeenten om zelf problemen op te lossen en juichen het initiatief van de gemeenten toe.
    In het regiobezoek dat gedeputeerde Hooijmaijers gebracht heeft aan de Kop van Noord-Holland is dit onderwerp uitgebreid besproken. Standpunt vanuit ons college is in dat gesprek geweest dat de mogelijkheden voor actie vanuit de provincie beperkt zijn, gezien het aannemen van amendement 8-11 bij het vaststellen van het Ontwikkelingsbeeld Noord-Holland Noord op 25 oktober 2004, maar dat wij het initiatief van de gemeenten ondersteunen.
    Daarnaast is op een bijeenkomst van het gewest van 16 juni jongstleden namens het gewest steun gevraagd aan de provincie voor het vinden van een blijvende oplossing voor motorcross. Daarop is gereageerd met de mededeling dat als Provinciale Staten de noodzaak ervan inzien, wij graag bereid zijn om hier actie op te ondernemen.
  8. Gedeputeerde Hooijmaijers heeft op 16 februari 2005 overleg gevoerd met drie vertegenwoordigers van de Koninklijke Nederlandse Motorrijders Vereniging (KNMV). Als bevestiging van dat gesprek heeft de gedeputeerde een brief gestuurd naar hen. In die brief wordt het advies gegeven aan de KNMV om zich te wenden tot het Rijk of de EU om hun probleem daar aan de orde te stellen en zegt de gedeputeerde dat de KNMV op zijn steun kan rekenen bij een lobby richting het Rijk of de EU. Een afschrift van die brief is gestuurd naar kamerlid Jelleke Veenendaal. Dat is wat de provincie betreft de enige actie richting het Rijk geweest.
    De KNMV is op dit moment bezig met het verzamelen van handtekeningen middels een petitie. De petitie gaat over behoud van de motorsport in het algemeen en specifiek over mogelijkheden tot beoefening van de sport in Noord-Holland. Die petitie wordt waarschijnlijk na de zomer aangeboden aan de staatssecretaris van sport.
    Daarnaast heeft gedeputeerde Hooijmaijers mevrouw Terpstra als voorzitter van de NOC/NSF aangesproken en verteld, dat wellicht de KNMV contact met haar zou zoeken over het onderhavige onderwerp.