De excuses werden gemaakt door Commissaris van de Koning (CdK) Arthur van Dijk bij de opening van de expositie Verborgen Noord-Holland op het Provinciehuis. De CdK zei daar: “Vandaag hebben wij als provincie Noord-Holland een belangrijke stap gezet. Door het verleden beter te leren kennen, te erkennen en afstand te nemen van wat gezagdragers in die tijd hebben gedaan”. GroenLinks onderstreept dat dit een grote stap is. We vragen hier al langer om en we hebben de CdK ondersteunt bij het zetten van deze stap.

Dat het Provinciebestuur van Noord-Holland verwikkeld is met het slavernijverleden stond al langer vast. Het meest zichtbare symbool hiervan is het gebouw, Paviljoen Welgelegen, waar we in vergaderen. Dit gebouw werd eind 18de eeuwe door Engelse zakenman Henry Hope gebouwd met geld dat ondere andere was verdiend met slavenhandel. Hope was niet de enige. Het gewest Holland was destijds een grote speler in deze handel. In de 18e eeuw kwam 40% van de economische groei voort uit slavernij. Bestuurders van het gewest waren bijna altijd ook investeerders, het geld dikwijls verdiend met slavenhandel.

Wij moeten als provincie aandacht blijven besteden aan Keti Koti, bijvoorbeeld met de Keti Koti Dialoogtafel. Volgend jaar is dat nog eens extra belangrijk: dan is het namelijk precies 150 jaar geleden dat de slavernij werd afgeschaft. GroenLinks wil 1 juli uitroepen tot nationale feest en herdenkingsdag. Zo kunnen we elk jaar opnieuw stilstaan bij het slavernijverleden en de voortdurende impact daarvan op onze maatschappij. 

De tentoonstelling Verborgen Noord-Holland is tot en met 7 oktober te zien in het Provinciehuis. Het hoofdthema is slavernij buiten de plaatsen die hoofdzakelijk verbonden worden met de slavernij, zoals Amsterdam Maak een hier afspraak voor een rondleiding.